Een initiatief van :



Stichting Food-Info



Food-Info.net> Producten > Chocolade > Geschiedenis van Chocolade

Geschiedenis van Chocolade

De cacao komt oorspronkelijk uit het gebied dat zich uitstrekt van Mexico tot in het Noorden van Zuid-Amerika. De cacaocultus is zó oud, dat het begin ervan in de duistere prehistorie van die landen verloren is gegaan. Onder de bewoners van Mexico en aangrenzende landen, vooral de Mayavolken en de Azteken, was het gebruik van cacao reeds eeuwenlang bekend voordat Columbus Amerika ontdekte.

Europa leerde pas in 1528 de cacao kennen toen de Spaanse ontdekkingsreiziger Fernando Cortez terugkeerde van zijn veroveringstochten in Mexico. Onder de door Cortez meegebrachte schatten bevonden zich ook grote hoeveelheden cacaobonen. Fernando Cortez had in zijn berichten aan Keizer Karel V reeds geschreven over de uitgebreide cultuur in Mexico van de cacao of, zoals de Azteken het noemden: Xocoatl. Van de zaden van deze cacaovrucht werd met water een drank bereid die aan het hof van keizer Montezuma, de toenmalige heerser der Azteken, geschonken werd. Niet alleen werd de drank door de Azteken in hoge ere gehouden, maar de bonen dienden ook als munt. De waarde van de cacao als betaalmiddel was groot: een konijn kostte toentertijd 10 cacaobonen en een slaaf was voor 100 bonen te koop. De grote hoeveelheden cacaobonen in de schatkamers van keizer Montezuma noemden de Spanjaarden "geldamandelen".

Benzoni, een Milanees in dienst van het Spaanse leger, gaf in 1565 een boek uit over Mexico, waarin hij een beschrijving geeft van de cacaodrank. De cacaobonen werden geroosterd en daarna met water aangeroerd onder toevoeging van wat peper. Je kunt je nu nauwelijks voorstellen dat zoiets lekker was! In de Hollandse vertaling van het boek van Benzoni, die in 1660 te Amsterdam verscheen, schrijft men dan ook over een brouwsel: "hetwelk veeleer gelijckt eenen dranck voor verckens als voor menschen; sijne smake is wat bitter, het verslaet den dorst en ververscht het lichaam, doch en maeckt niet droncken".

De Spanjaarden die in Amerika woonden en die ook suiker reeds kenden, gebruikten dit daarom bij de cacao-bereiding om het product te veraangenamen en de zo toebereide of "chocoladekoekjes" vonden bun weg naar het moederland.
De Spaanse kolonisten hebben de bereiding en gebruik van cacao bijna een eeuw lang geheim weten te houden; op den duur raakte het recept echter bekend. Aan het Spaanse hof gebruikte men de chocolade en door de Spaanse gezanten vond een verdere verspreiding over Europa plaats.
In 1615 werd de cacaodrank ingevoerd als drank bij officiële audiënties aan het Franse hof. Als bezuinigingsmaatregel werd het presenteren van cacao door de Zonnekoning later weer afgeschaft. Het gebruik van cacao-chocolade was in die dagen een kostbare geschiedenis en pas tegen het einde van de 18e eeuw, begin 19e eeuw was de prijsdaling van dien aard, dat men over cacao als volksdrank kon spreken. In het midden van de 17e eeuw ontstonden ook in Nederland, naast de herbergen waar bier en wijn werd geschonken, de koffie- en chocoladehuizen. In 1660 zag men in Amsterdam uithanghorden met de aankondiging: "Hier schenckt men Seculatie "

De eerste chocoladefabriek verrees in 1728 in Engeland en omstreeks 1760 volgden Frankrijk en Duitsland, Zwitserland pas in 1819.

Pas in de 19e eeuw werd de huidige vaste chocolade ontwikkeld. De naam van de drank was in Europa al geaccpeteerd en ging later over op het vaste product.

De Nederlanders hebben als zeevaarders een zeer belangrijke rol in de cacaohandel gehad. Oorspronkelijk was Zeeland het gebied waar veel cacaofabrieken stonden en nog steeds is Amsterdam de belangrijkste wereldhaven voor cacao.

Terug naar de chocolade-overichtspagina

 


Food-Info.net is an initiative of Stichting Food-Info, The Netherlands

Free counters!